In tien jaar groeide Joost Eijkens (Cardan Group) uit van zelfstandige naar een bekende ondernemer met zestien bv’s en meer dan driehonderd man in dienst. Maar toen een structurele inkomstenbron wegviel, viel het kaartenhuis ineen. ‘Dat was pijnlijk, maar je moet door de pijn heen. Opgeven was geen optie.’
‘Een jaar of twintig geleden reed ik naar de KvK in Breda om me als zelfstandige in te schrijven. Het sociale werkbedrijf waar ik als interimmer werkte, werd geprivatiseerd. Nou, lang verhaal kort, ik heb het zelf overgenomen. Opeens had ik dertig man in dienst. Dat was even wennen, maar de zaken liepen fantastisch. Wat begon als een re-integratiebedrijf, groeide in enkele jaren uit tot een netwerk van zestien bv’s, met werkplaatsen, opleidingstrajecten, uitzend- en payrollbedrijven. Totdat het ineens fout ging en ik een paar jaar later over dezelfde weg naar de rechtbank in Breda reed om het faillissement van zeven bedrijven aan te vragen.’
VeerkrachtVeel ondernemers weten hoe het is om te vallen en toch weer op te staan. In de serie Veerkracht laten we deze ondernemers aan het woord. Wat maakten zij mee en hoe kwamen ze hier sterker uit?‘Ik heb gouden tijden meegemaakt. Werd elke ochtend wakker met nieuwe ideeën. Hadden we mensen die de horeca in wilden, openden we gewoon een restaurant compleet met leer-werktrajecten. Waren er alleenstaande ouders die wél wilden werken, maar hun kinderen nergens onder konden brengen, openden we kinderdagverblijven. We konden bijna iedereen onder bijna elke omstandigheid een baan aanbieden. Niet werken was gewoon geen optie.’
‘The sky was the limit. En toen ging het mis. Gemeentes veranderden hun aanbestedingen rondom re-integratie. Die gingen plotseling terug naar sociale werkbedrijven. We hadden net miljoenen geïnvesteerd in een nieuwe locatie, met een lening gebaseerd op toekomstige opdrachten. Als private partij liepen we die opdrachten nu mis. Ik moest zakelijk en privé van alles verkopen om de lening terug te betalen. En nog los van de financiële malaise, ik was ook gedwongen om mensen los te laten met wie ik een goede band had opgebouwd. Dat was zo pijnlijk.’