Ewout Braggaar was altijd de man van kop-houden-en-doorgaan. Tot hij in 2012 het roer omgooide. Nu is hij directeur en eigenaar van Run2Day. En werd een stuk softer.
Wordt het zó'n interview? Dat is even slikken voor Ewout Braggaar. Ook met een tamelijk extraverte persoonlijkheid is het niet makkelijk om gelijk alles op tafel te leggen. Maar vooruit, als het maar een verhaal wordt dat hem echt neerzet. Hoe hij is. 'Kun je wel een beetje schrijven? Zodat ik goed uit de verf kom?' Hij zegt het lachend.
Braggaar is een charmante prater. Ook wel iemand die je van top tot teen opneemt en je confronterend aankijkt. Een man waar je maar moeilijk omheen kan. Type: of je mag hem of je mag hem niet. Zijn vrouw waarschuwde er al voor: er komt wel even iemand binnen.
Spijkerbroek en Nikes
Dat Braggaar bij Run2Day – 25 hardloopspeciaalzaken in heel Nederland – terecht kwam, was min of meer toeval. Of nou ja: natuurlijk niet dat hij juist dit goedlopende bedrijf kocht, maar wel dat het een hardloopketen is. Na een carrière in de financiële sector niet langer een stropdas, maar een spijkerbroek en Nikes. Eindelijk eigen baas, geen gezeur meer van bovenaf. Op 1 januari 2012 was het zover.
Zelf loopt hij ook hard. Vooral halve marathons. Daar doet hij zelf nogal schamper over. Zijn werknemers lopen veel meer en veel sneller, verzekert hij, in zijn kantoor boven Run2Day in Utrecht. 'Ik ben het lachertje hier, hoor. Hier werken jongens die de marathon in 2 uur 30 minuten lopen.'
Bidden voor het eten
Braggaar groeit op in Leiden, in de Professorenwijk. Zijn vader werkte een carrière lang bij ABN AMRO. Moeder was huisvrouw, die zakelijk met de kinderen omging. De kinderen kregen een calvinistische, gelovige opvoeding, zonder poespas. Bidden voor het eten en elke week naar de kerk. 'Je werd netjes opgevoed, kreeg je natje en droogje en werd afgeleverd aan de maatschappij', zegt Braggaar. 'Er was niet veel warmte in huis.' Als jongste van vijf kinderen gaat Braggaar na de basisschool naar de mavo. Tot onvrede van zijn ouders. 'Mijn opa was touwslager. Mijn vader heeft zich daaraan ontworsteld en vond het belangrijk om zijn kinderen een goede opleiding mee te geven. Met mij werd het niks, besloot hij, ook al was ik veel bijdehanter en ondernemender dan de rest.'
Dat is nogal wat voor een kind. Hebt u het idee dat u moest bewijzen dat hij ongelijk had?
'Ik ben nu bijna 50, dus dat gevoel heb ik allang niet meer. Maar vroeger wel, ja. Hoe cool was het dat ik, met als start een mavodiploma, een BMW had, een secretaresse en regiodirecteur van een verzekeringsmaatschappij was op mijn 28ste? Bij Aegon stond er 'regiodirecteur' op mijn kaartje. Dat vond ik bijna opwindend. Ik had opleidingen gevolgd tot assurantiemakelaar en kwam gelijk binnen op die functie, boem, meteen op goed niveau. Ik was helemaal de man, met een mooie stropdas. Dát was geldingsdrang, ja.'
Dan: 'Weet je, ik ben niet trots dat ik op de mavo ben begonnen.'
'ik ben niet trots dat ik op de mavo ben begonnen'
Maar u heeft het uiteindelijk allemaal ingehaald.
'Ja, daar ben ik dan wel weer trots op. Ik heb uiteindelijk een master afgerond. Ik heb me op mijn 20ste weleens afgevraagd: waarom snapte ik dit niet toen ik 12 was? Ik kon het makkelijk. Wat dat betreft ben ik een laatbloeier.'
U lijkt me niet het type directeur verzekeringen
'Twintig jaar geleden was het cool om daar te werken. Alles dat met marketing en verkoop te maken heeft, vind ik leuk. En ik kwam steeds een stapje hoger. Op een gegeven moment kon ik franchisenemer bij ING worden. Een eigen zaak in Hillegom, 400 vierkante meter, mijn eigen bedrijf. Niemand wist dat aan de buitenkant, maar het was wel een bijzonder concept. Als ik linksaf wilde, kon ik dat. Tenzij iedereen natuurlijk roept dat we rechtdoor moeten, dan luister ik wel.'