Dansen is voor Dominique Dolstra en moeder Jos een eerste levensbehoefte. Samen vormen ze ‘een geoliede machine’. En toen kwam corona. Die zette alles op scherp. ‘Mijn oerinstinct kwam naar boven.’
Dominique Dolstra (34)
‘Vanaf mijn 6de hielp ik in de Dolstra Dance Centre van mijn moeder met het stempelen van leskaarten. Mijn oma stond achter de receptie. De dansstudio was mijn tweede thuis. Vijf jaar geleden nam ik het stokje over. Daar was mijn moeder vroeger geen voorstander van. ‘Een bedrijf runnen is niet altijd leuk’, zei ze, ‘het is een zware verantwoordelijkheid.’ Ze raadde me aan eerst mijn eigen weg te kiezen. Nou, dat deed ik. Ik studeerde psychologie en bestuurskunde, werkte als accountmanager bij liftfabrikant KONE. Maar ik bleef mijn moeder helpen – vooral met het inzetten van social media – en ben altijd blijven dansen. Dat is voor mij een primaire levensbehoefte, hetzelfde als ademen en eten. Mijn moeder had inmiddels ook een opleidingsinstituut opgezet, maar kon het moeilijk bolwerken. Ze vroeg: waarom stop je niet bij KONE om de dansschool te runnen? Daar hoefde ik niet lang over na te denken. Voor mij voelt het als het voortzetten van een familiepassie, als iets dat groter is dan mijzelf.’
Allemaal familieNederland telt duizenden familiebedrijven, maar hoe is het eigenlijk om in zo’n bedrijf te werken met je vader, zus, dochter, moeder, broer of neef? Levert dat vaak spanning op, of begrijp je elkaar ook zonder woorden? Forum spreekt ondernemende familieleden, over hun drijfveren en relatie met elkaar. Vandaagdeel 18: moeder en dochter Dominique Dolstra en Jos Dolstra . Wil je de andere afleveringen ook lezen? Kijk dan hier.
‘Mijn moeder is een vakvrouw. Ze geeft nog steeds dansles. Ze is mijn mentor, mijn vriendin, mijn klankbord. ‘Mam, wat vind je van dit rooster, of van deze opleiding’, vraag ik dan. We botsten nooit met elkaar. Tot de coronacrisis kwam. We houden er allebei een andere overlevingsstrategie op na. Ik vertrouw er sneller op dat alles goed komt. Ik zit in het hier en nu, ben gefocust. Mijn moeder kent meer angst over wat er allemaal kán gebeuren. Ze gaat snel in de controlemodus. In mei regelde ik onze online lessen, mijn moeder was al bezig was met wat we in september gingen doen. Ze werd er zenuwachtig van. Toen gingen we bij elkaar zitten, ontwikkelden een noodscenario en konden we weer over tot de orde van de dag. En uiteindelijk zijn we fantastisch uit de crisis gekomen.’
‘mijn moeder kent meer angst’
‘Mijn moeder zegt wel eens dat ik directiever kan zijn. Het klopt dat ik graag alles in harmonie wil doen. Voordat ik de zaak overnam, onderzocht ik bij onze leerlingen hoe we het deden. Ze waardeerden ons om onze professionaliteit, maar noemden ons ook ‘veeleisend’. Ik ging via social media en presentaties benadrukken dat iederéén welkom was, of je nou wel of niet de spagaat kan. Toen zei mijn moeder: Do, er is niets mis mee om te zeggen: we zijn de Bijenkorf, niet de HEMA. Dat zette me aan het denken. Was ik te ver doorgeschoten? Nu promoot ik de studio als familiebedrijf, zie onze leerlingen als familieleden. Mijn moeder gun ik nu dat ze meer moeder en oma kan zijn, niet de ‘Jos van de studio’. Maar of ze zich ooit fysiek uit de zaak terugtrekt? Mijn oma stond hier ook tot haar 82ste achter de receptie….’
Interview gaat verder na de foto