De eerste stap naar verduurzaming was een nieuwe oven
Libbey’s Sustainability Report bevat nog meer ambities: in 2035 heeft Royal Leerdam zijn eerste CO2-vrije oven en in 2040 zal de hele fabriek CO2-vrij zijn. De grote klap zit hem in de smeltoven. Gesmolten glas heeft een temperatuur van 1450 graden Celsius. Van Valburg: 'Typisch voor een glasproducerend bedrijf is dat circa de helft van je energie opgaat aan je oven, voor het maken van vloeibaar glas. Nog eens 15 procent van je energie heb je nodig voor het smelten van je grondstoffen en dan heb je nog 35 procent van de totale energie nodig voor je machines: om het product gecontroleerd te persen, te blazen of te koelen.'
Nu nog wordt de oven op aardgas gestookt. 'We kunnen in de toekomst met onze ovens wel de overstap gaan maken naar elektrificatie, en misschien zelfs wel naar waterstof.' In theorie dan, legt hij uit. Want eerst moet er voldoende duurzame energie en waterstof beschikbaar zijn. En groene waterstof is nu alleen al vijf keer zo duur als aardgas. 'Ik denk niet dat de klant vijf keer zoveel wil betalen voor z’n glaasje! Als we duurzamer moeten worden, dan zal de consument vroeg of laat tóch meer moeten gaan betalen voor zijn nieuwe wijnglazen', meent Van Valburg.
‘Ik denk niet dat de klant vijf keer zoveel wil betalen voor z’n glas’
In de afgelopen periode realiseerde Royal Leerdam verreweg de grootste besparingen door de smeltoven te 'decarboniseren' en energieverbruik te verminderen. 'In 2017 zijn we voor onze oven overgegaan op Oxyfuel technologie, waarbij we in plaats van gas en lucht, gas met pure zuurstof gebruiken. Daarbij hebben we ook twee ovens gecombineerd tot een grotere oven en hebben we een innovatief systeem van warmteterugwinning ingebouwd, OPTIMELT heet dat. Die drie stappen hebben ervoor gezorgd dat ons energieverbruik met 48 procent is verminderd in vergelijking met de situatie van voor het project.' En daarmee zet Royal Leerdam de toon binnen de branche, die collectief op een vermindering van 28 procent zit ten opzichte van 1990. 'Waarbij je natuurlijk wel moet incalculeren dat elke fabriek op een ander moment z’n ovens vervangt en de vernieuwing dus schoksgewijs gaat.'
Financiering voor de oven loskrijgen was lastig
'De oven die wij in 2017 hebben gebouwd, daar droomde ik al sinds 2009 van!' De grootste hobbel was om de financiering los te krijgen vanuit de global company om te investeren in nieuwe oventechnologie. Hoe Van Valburg dat voor elkaar heeft gekregen? 'Lobbyen', grinnikt hij. 'En op tijd beginnen. Zorgen dat je bij de juiste mensen in Amerika het haakje weet je vinden. Mensen die het snappen. Dat was zo’n tien jaar geleden best uitdagend omdat Amerika niet zo erg op duurzaamheid gericht was. En op CO2 al helemáál niet.'
'We moesten eerst de perfecte technologiekeuze maken, want zo’n keuze maak je voor de lange termijn. Je zit 24 jaar aan zo’n oven vast: eerst gaat-ie een periode van tien à twaalf jaar mee, waarna de oven herbouwd wordt en nog eens zo’n campagne draait. Pas daarna kun je je weer op nieuwe technologie richten. Van Valburg heeft er best wakker van gelegen. ‘Spannend was toen het financiële plaatje duidelijker werd, wat de oven écht zou gaan kosten. En of Libbey deze investering zou gaan doen.'
'Je hebt niet zoveel kansen om het goed te doen'
Vanuit de klanten wordt Royal Leerdam steeds vaker gevraagd naar duurzaamheid : hoeveel scherven gebruiken jullie, hoeveel energie, zijn er energiebesparingsplannen, doen jullie mee aan ETS? Toch merkt Van Valburg dat de kosten nog altijd de doorslag geven als het erop aankomt. 'Zeker als je in de retailmarkt kijkt. Met zo’n klant praat ik dan eindeloos over duurzaamheid, maar uiteindelijk gaat het maar om één ding: de kostprijs. Dat is best frustrerend', vindt Van Valburg. 'Voor nog geen halve cent prijsverschil haalt zo’n bedrijf het glas toch liever uit China. Dan denk ik: hoe belangrijk is duurzaamheid nou.'
Maar op een bepaald moment gaat duurzaamheid wél de keuze bepalen, denkt Van Valburg. 'De druk vanuit milieuregelgeving neemt steeds verder toe en de samenleving wil toch nog graag over 100 jaar op deze planeet kunnen wonen.'
Lange doorlooptijden voor vergunningen zijn killing
En dan is er voor Van Valburg nog 'een grote uitdaging', zoals hij het zelf noemt: de lange doorlooptijden met vergunningen in Nederland. 'Als ik alle stappen volgtijdelijk zou zetten, ben ik vier à vijf jaar verder voordat we een project daadwerkelijk kunnen uitvoeren. Dat is ónmogelijk in deze markt. We nemen dus al andere bedrijfsbeslissingen voordat het traject rond is en daarmee lopen we enorme financiële risico’s.' Wat Van Valburg nodig heeft van de Nederlandse overheid: 'Ik zou willen dat de overheid sneller acteert en dat we met elkaar bepaalde risico’s nemen om iets moois te bereiken.'
Op de hoogte blijven van onze beste artikelen? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.
#Hoedan?De basisindustrie (voedingsmiddelen- en chemische industrie, papier- en metaalindustrie, glasfabrikanten, raffinaderijen en rubber- en kunststofindustrie) is aan het verduurzamen en moet de komende jaren echt keihard aan de slag om de afspraken die zijn gemaakt in het klimaatakkoord en die over de circulaire economie na te komen. In een korte serie onder de naam #Hoedan brengt Forum in beeld hoe bedrijven daarin slagen. En wat de hobbels zijn die ze op hun weg naar duurzamer productie tegenkomen. In de eerste aflevering: de glasindustrie met Marco van Valburg van Royal Leerdam (Libbey).